Hoe de productie-industrie haar doelen op het gebied van veiligheid naar voren haalt

Op 21 en 22 juni organiseert de Centrum voor productveiligheid (CPS) hield zijn 13e jaarlijkse Research Symposium, dit jaar in La Jolla, Californië. Voedselveiligheid is iets dat de AGF-industrie zeer serieus neemt. Dat bleek uit de deelname aan het evenement van dit jaar door 315 personen die verschillende veiligheidsgerelateerde rollen vervullen in 168 verschillende organisaties. CPS is een organisatie die in 2007 is opgericht financieel ondersteund door een lange lijst van bedrijven betrokken bij de AGF-sector en andere delen van de voedingsmiddelenindustrie (zie foto's van lijsten met bijdragers hieronder om die diversiteit weer te geven). Sinds 2008 heeft CPS onderzoekssubsidies verstrekt aan voornamelijk academische laboratoria voor onderzoeksprojecten gericht op voedselveiligheidskwesties, en dit is het forum waarop de gefinancierde wetenschappers hun resultaten rapporteren (12 projecten, $ 3.7 miljoen). De doelverklaring van de CPS is: "Fund the Science - Find Solutions - Fuel the Change."

Het publiek van het symposium bestond uit vertegenwoordigers van belanghebbenden van landbouwentiteiten, productbehandelaars, de versgesneden industrie, voedingsbedrijven, voedingsdetailhandelaren en restaurantketens. Er waren ook vertegenwoordigers van verschillende federale en staatsagentschappen en van andere organisaties uit de landbouwsector. Verschillende bedrijven die sanitaire voorzieningen en testtechnologieën leveren, waren vertegenwoordigd, evenals adviesgroepen die gespecialiseerd zijn in voedselveiligheidskwesties.

Deze zeer belangrijke inspanning komt voort uit de toewijding van de industrie aan hun rol bij het leveren van veilige, smakelijke en gezonde groenten- en fruitproducten aan Amerikaanse consumenten. Een van de vele uitdagingen waarmee deze bedrijven worden geconfronteerd, is de noodzaak incidenten van door voedsel overgedragen ziekten te voorkomen die kunnen optreden als de producten besmet zijn met verschillende bacteriën, virussen en andere parasieten. Deze gebeurtenissen zijn uiterst zeldzaam en miljarden maaltijden worden zonder problemen genuttigd, maar wanneer er productgerelateerde voedselvergiftigingsincidenten zijn of zelfs uit voorzorg teruggeroepen producten, kan dit zeer schadelijk zijn voor de betrokken merken. De impact gaat vaak veel verder dan de direct betrokken spelers, omdat het de verkoop van hele categorieën kan schaden. Dat is de reden waarom zoveel concurrenten op de markt verenigd zijn in het voortdurende proces van het verfijnen van protocollen om goed begrepen ziekteverwekkers aan te pakken en het doen van onderzoek om opkomende bedreigingen te begrijpen.

Het feit dat deze voedingsmiddelen afkomstig zijn van gewassen die buiten worden geteeld, brengt een inherent risico met zich mee, aangezien ziekteverwekkers kunnen voorkomen in de bodem, in oppervlaktewater dat wordt gebruikt voor irrigatie, in vogelpoep of zelfs in stof dat van nabijgelegen boerderijen wordt geblazen. De hygiëne van de werknemers is ook een belangrijke overweging. Hoewel verontreinigingen zeldzaam kunnen zijn, kunnen ze worden verspreid door apparatuur of in zoiets als waswater in een verpakkingsfaciliteit. Daarom volgen verantwoordelijke boeren en andere handlers strikte veiligheidsprotocollen en gebruiken ze verschillende hygiënemethoden en testprotocollen om het risico te beheersen.

Sommige projecten die dit jaar zijn gerapporteerd, hadden betrekking op nieuwe sterilisatietechnologieën, waaronder bacteriofagen (virussen die bacteriën doden), antibacterieel blauw licht (een veiligere optie dan ultraviolet), ultrafijne bubbeltechnologie voor ozon, chloordioxide, biobased antimicrobiële coatings en koude plasma om reactieve zuurstofspecies te genereren. Ook is er veel onderzoek gedaan naar nieuwe detectie- en monitoringmethoden.

Een andere focus lag op een aantal relatief nieuwe door voedsel overgedragen ziekten veroorzaakt door een virus en een ongewone parasiet genaamd Cyclospora cayetanese. In beide gevallen zijn de agenten moeilijk om mee te werken in het laboratorium, en dus ontvouwt de wetenschap zich nog steeds in termen van waar de bedreigingen vandaan komen, de doeltreffendheid van verschillende controlemethoden, juiste identificatie tijdens screeningpogingen en hoe nauwkeurig te meten de besmettelijkheid van de ziekteverwekker als deze wordt gedetecteerd.

Hoewel de bijeenkomst erg wetenschappelijk georiënteerd was, was het evenement specifiek ontworpen om interacties tussen de onderzoekers en die in de industrie te bevorderen. Na de presentaties van de projectupdates waren er meerdere, gefaciliteerde breakout-sessies waarin alle toehoorders de opdracht kregen om te discussiëren over: 1) is er iets in dit onderzoek dat ik kan toepassen? 2) hoe zou ik het doen? en 3) hoe kunnen we ervoor zorgen dat het steeds beter wordt. Vervolgens werden die discussies voor het hele publiek samengevat door interactieve panels die ook antwoord gaven op vragen van het publiek.

Tegen het einde van de bijeenkomst was er een uitgebreid interview met Randy Babbit, een voormalig FAA-beheerder die een belangrijke rol speelde in het coöperatieve veiligheidsprogramma van de luchtvaartindustrie. Dat werd gevolgd door een paneldiscussie over de lessen die uit dat voorbeeld kunnen worden getrokken voor de AGF-industrie, aangezien deze zich op de lange termijn blijft inzetten om haar veiligheidsdoelstellingen na te streven.

Een veilige en betaalbare versvoorziening is belangrijk voor de volksgezondheid. Als een Voedingssite van Harvard University zegt: „Een dieet dat rijk is aan groenten en fruit kan de bloeddruk verlagen, het risico op hartaandoeningen en beroertes verminderen, sommige soorten kanker voorkomen, het risico op oog- en spijsverteringsproblemen verlagen en een positief effect hebben op de bloedsuikerspiegel, wat helpen de eetlust onder controle te houden. Het CPS-onderzoeksprogramma is een uitstekend voorbeeld van een publiek-private samenwerking die de samenleving als geheel ten goede komt.